07 juli 2025

Fototrol Nico Trinkhaus

ECLI:NL:RBAMS:2025:5088
Rechtbank Amsterdam
Gemachtigde beider partijen zijn – tegen de regels in – geanonimiseerd.
Rechter: mr. E. Pennink

Toevallig vroeg laatst een advocaat of ik wel eens een Europese Procedure voor Geringe Vorderingen (EPGV) was tegengekomen. Dat is een versimpelde wijze van procederen waarbij een grensoverschrijdend aspect speelt. Het gaat om ‘geringe’ vorderingen (tot 5000 euro) waar nog juridische kosten bovenop kunnen komen. Lucratief dus voor buitenlandse fototrollen.

Ik help mensen een rechtszaak voorkomen en tot op heden hebben buitenlandse fototrollen nog nooit een zaak doorgezet. Het blijft bij dreigen en conceptdagvaardingen.

Nederland is een aantrekkelijk land voor fototrollen, omdat we hier dankzij de auteursrechtlobby de compleet van de pot gerukte volledige proceskostenveroordeling hebben bij IE-geschillen, artikel 1019h Rv. Een onbedoelde inbreuk op het auteursrecht vindt onze wetgever klaarblijkelijk ernstiger dan afpersing, laster en opzettelijke letselschade.

Eiser is het Portugese SUMFINIDADE UNIPESSOAL LDA ZFM.  Er ging bij mij niet direct een belletje rinkelen. In het vonnis wordt echter RightsPilot UG genoemd. Dat bedrijf is te herleiden tot Photoclaim, zie afbeelding. Photoclaim heeft in Italië een stevige boete gekregen. Photoclaim is opgericht door Nico Trinkhaus. Deze fotograaf etaleert zijn foto's op Sumfinity.com en daar staat in de kleine lettertjes dat de Portugese BV de eigenaar is.

In Nederland wordt fototrollen als Trinkhaus geen strobreed in de weg gelegd: de Autoriteit Consument en Markt weigert keer op keer om op te treden; meldingen verdwijnen allemaal in een zwart gat. Meer dan een desinfecterend zonnetje kan ik dus niet doen.

Gelukkig maakt de rechter er wel korte metten mee. Hij schat de schade op € 200,- en ieder draagt zijn eigen proceskosten. Trinkhaus zal er dus flink op toegelegd hebben. De schade voor de ZZP-er blijft desalniettemin groot: salaris gemachtigde én jaren stress over een onbedoelde, en mogelijk uitgelokte, inbreuk.


Uit de uitspraak:

"2.1. [naam 1] is een fotograaf. Hij heeft op 30 juni 2020 een licentieovereenkomst gesloten met Sumfinidade Unipessoal. Laatstgenoemde verkoopt foto’s van [naam 1] via de website [website 2] . Op deze website staat sinds 23 februari 2014 een foto van [naam 1] van de St. Mary’s Kathedraal te Krakau, Polen (hierna: de foto)."
Ik denk dat Trinkhaus om aansprakelijkheid te voorkomen – wegens vermoedelijke oplichting, misleiding en misbruik van recht – zijn uit 2014 stammende beeldbank in 2020 ondergebracht heeft in een Portugese BV.

"2.3. Het door Sumfinidade Unipessoal ingehuurde bedrijf Right Pilots heeft geconstateerd dat [verweerder] op 14 februari 2019 de foto op haar website [website 1] heeft gepubliceerd."
De beeldbank maakte op dat moment nog geen onderdeel uit van Sumfinidade Unipessoal.

"2.7. Sumfinidade Unipessoal heeft op 31 maart 2022 aan [verweerder] bericht dat zij de hiervoor bedoelde verklaring dient te ondertekenen en dat zij € 9.299,24 aan Sumfinidade Unipessoal dient te betalen."
Zoals gebruikelijk bij fototrollen; buitenproportionele bedragen afdwingen en verklaringen laten ondertekenen onder dreiging van rechtszaken.

"4.6. Tussen partijen is niet in geschil dat Sumfinidade Unipessoal de auteursrechthebbende van de foto is en dat de foto zonder toestemming en zonder bronvermelding gedurende de periode van 14 februari 2019 tot en met 15 februari 2022 op de website van [verweerder] [website 1] heeft gestaan."
De gedaagde ZZP-er heeft nagelaten bewijs te vragen of de Portugese BV het auteursrecht bezit. Niet betwiste stellingen komen helaas als feit vast te staan.

"4.8. Met de inbreuk op de auteursrechten van Sumfinidade Unipessoal is sprake van onrechtmatig handelen van [verweerder] jegens Sumfinidade Unipessoal, op grond waarvan [verweerder] schadeplichtig is. Bij de berekening van haar schade heeft Sumfinidade Unipessoal aansluiting gezocht bij de licentievergoeding die zij hanteert voor het gebruik van zijn foto’s op internet. (...) In verband met de onderhavige procedure heeft Sumfinidade Unipessoal de vordering beperkt tot € 5.000,00 aan hoofdsom."
De rechter maakt gehakt van de onderbouwing en schat de schade op € 200,-, nog geen 5% van het gevorderde bedrag.

"4.9. Sumfinidade Unipessoal heeft op 30 juni 2020 de licentieovereenkomst gesloten. Dat zij daarbij ook rechten uit het verleden heeft overgenomen is gesteld noch gebleken."
De beeldbank van Trinkhaus was in 2019 nog geen onderdeel van de BV. En de rechter twijfelt of de rechten in 2020 zijn overgegaan op de BV. 

"4.12. Sumfinidade Unipessoal heeft zich bij het verzoek om en proceskostenveroordeling niet beroepen op artikel 1019h Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering , zodat reeds hierom voor toewijzing van een volledige proceskostenveroordeling geen grond bestaat. Het gaat hier overigens om een zeer eenvoudige zaak en het feit dat Sumfinidade Unipessoal in het reactie op het verweer op een aantal verweren van [verweerder] heeft gereageerd, leidt niet tot de conclusie dat de zaak daarmee een ingewikkelder karakter krijgt."
De rechter compenseert de proceskosten omdat partijen over en weer in het gelijk zijn gesteld. Dat betekent dat ieder zijn eigen kosten draagt. Ook als Trinkhaus wel gewonnen had én een beroep had gedaan op artikel 1019h Rv, was er geen volledige proceskostenveroordeling toegewezen. Omdat de rechter de zaak als zeer eenvoudig beschouwt, waarvoor het liquidatietarief geldt.


Rechtbank Amsterdam 7 juli 2025, ECLI:NL:RBAMS:2025:5088
Europese procedure voor geringe vorderingen. In artikel 2 lid 2 onder j. zijn inbreuken op persoonlijkheidsrechten, met inbegrip van laster, uitgesloten. Deze procedure handelt niet over de persoonlijkheidsrechten, omdat partijen het erover eens zijn dat sprake is van een inbreuk, maar slechts over de in dat verband verschuldigde vergoeding. Daarom kan deze vordering in het kader van de EPGV-Verordening beoordeeld worden.

8 augustus 2025 gepubliceerd.